In de ochtend lopen we naar onze volgende kampeerplek. In de middag maken we een korte wandeling en zien we buffels, herten en waterbokken.
Het regent vannacht regelmatig, heel vervelend als je er uit moet voor een sanitaire stop. De temperatuur is in de tent tot 12 graden gedaald. We kunnen bijna de klok rondslapen, maar om half zeven gaat de radio van de dragers aan. In de kooktent wordt alweer druk gewerkt. Gelukkig is het droog.
Als ik om half acht buiten kom, zit de lucht helemaal dicht, maar een half uur later, ziet het er al wat beter uit en probeert de zon door te komen. Iets na half negen kunnen we de tent inkomen om te ontbijten. We nemen er ruim de tijd voor. Weer pap, geroosterd brood met ei, worstjes, gebakken tomaat en witte bonen in tomatensaus voor de liefhebbers en vegetariërs.
Na het ontbijt breken we de tent af, die nu al redelijk droog is, want de zon is al goed doorgekomen. Om tien uur staan we klaar voor vertrek en even later beginnen we aan het modderige jeepspoor. We lopen vandaag dwars door een bamboebos. Regelmatig komt de zon door; het is heerlijk weer om te lopen. Het gaat af en toe flink omhoog en je moet goed opletten waar je je voeten neerzet. Als we anderhalf uur gelopen hebben, houden we even pauze. We zijn nu op 2755 meter hoogte.
Het laatste stuk lopen we uitermate langzaam en staan we nog een aantal keer stil. We mogen blijkbaar niet te vroeg op het kampterrein aankomen. Je kunt aan de omgeving zien, dat we hoger komen. We hebben het bamboebos verlaten en kunnen nu wat verder weg kijken. Er staan lage struiken en hier en daar hoge bomen. De zon schijnt af en toe en opeens zien we een stukje verder een hut staan tussen de bomen. We verlaten het jeepspoor en lopen dwars door het gras. Een stukje verder zien we een klein meertje liggen. En opeens staan we tussen de houten huisjes.
De dragers hebben alle bagage netjes neergelegd en liggen lekker in het gras uit te rusten. We zoeken gelijk een mooi plekje onder de bomen en als ik bezig ben de tent in te richten, wordt er geroepen dat de lunch klaar is. We krijgen vermicellisoep en brood met salade. Rond half drie trekt de lucht dicht en krijgen we de zon niet meer te zien.
Nadat we onze tent netjes ingeruimd hebben, gaan we op de veranda van één van de hutjes zitten. Het gaat regenen en niet zo'n klein beetje ook. Dit houdt wel een uur aan. Ondertussen komen er verschillende toeristen aan. Als het droog wordt, trekt het toch wel weer een beetje open.
Tegen vijven gaan we onder leiding van een gids nog een uurtje wandelen en kijken of we wat wild kunnen spotten.We zien meerdere groepen met buffels, herten en waterbokken. Dan is het eindelijk tijd voor thee, die we in het huisje opdrinken. Als het donker wordt, steken we de kaarsen aan. Pas tegen half acht komt het avondeten. Nu wordt ook het elektrische licht aangestoken; je hoort het aggregaat in de verte. Het licht knippert wel continu. We krijgen weer grassoep. Daarna een soort curry van groentes en kippenpoten. Hier worden stukjes koude pannenkoek (of chiapati) bij geserveerd. Als toetje krijgen we warme vruchtenmix. Daarna vertelt onze reisbegeleidster het een en ander over hoogteziekte. We zitten ondertussen al op 2950 meter hoogte. De gids komt vertellen dat we morgen om zeven uur ontbijten en om acht uur weggaan. Als er om half negen nog geen warme thee is, als afsluiting van deze dag, besluiten we onze tent op te zoeken.