Rit over de centrale hoogvlakte

De brug is niet veel breder dan de vrachtwagenWe rijden over de centrale hoogvlakte naar Orosi. Daar hebben we een hotel met schitterend uitzicht op de Orosivallei.

Het is geheel bewolkt als we opstaan; het heeft vannacht zelfs even geregend. We zitten al om half acht aan het ontbijt, dat we ons weer goed laten smaken. Als we teruglopen merken we dat de temperatuur al weer aardig oploopt, omdat het zonnetje probeert om tussen de wolken door te komen. We pakken de tassen in, zetten alles in de auto en rijden naar de receptie. Daar leveren we de keycard in en betalen we de maaltijden. Het is nog niet eens half negen en we rijden het terrein al af richting La Fortuna.

We rijden een landelijke route via Muelle en Aguas Zarcas naar San Miguel. Het weer wordt jammer genoeg steeds slechter en af en toe regent het. Door de laaghangende bewolking kunnen we niets van het gebergte zien. De weg slingert naar Puerto Viejo. Van daaruit is de weg vrij recht naar Santa Clara. Dan komen we op de weg van San Jose naar Limon. Op deze weg zit erg veel vrachtverkeer. Je wordt in dit land helemaal gek gemaakt met de wisselende snelheden, die je mag rijden. Michiel heeft het idee dat ze bij elke dikke boom een school gebouwd hebben; en dan mag je er maar 25 km/u. Ben je bij huizen in een dorp of stad, dan mag je of 40 of 60 km/u. Op de overige wegen mag je niet harder dan 80 km/u. Het einde bord vergeten ze nogal eens neer te zetten en de politie is volop aanwezig om met de radar de snelheid te controleren. We volgen deze weg tot in Siquirres. Onze routebeschrijving geeft aan, dat de weg die we moeten hebben lastig aangegeven staat, dus we letten goed op. We zien het bord op tijd om de goede afslag te nemen. We rijden nu een schitterende route dwars door het gebergte. Echt jammer dat het zo bewolkt is.De koffieplanten staan werkelijk overal

De weg blijft maar slingeren, maar om één uur zijn we eindelijk in Turrialba. Dit is een behoorlijke stad en opeens zie ik een bakker. Michiel stopt gelijk en ik haal twee heerlijke pizzapunten. We rijden de stad uit op zoek naar een parkeerplaats, maar die zijn ze vergeten te maken aan de kant van de weg. Na vijf minuten rijden zet Michiel de auto plotseling in de berm. We eten de pizza op en rijden verder via Juan Vinas naar Paraiso. Ik probeer de koffieplantages vanuit de auto te fotograferen; en dat lukt aardig als je maar 25 km/u mag rijden.

De stam van deze boom heeft mooie kleurenIn Paraiso moeten we de weg af richting Orosi. Met onze routebeschrijving en de bordjes komen we er wel. We rijden de stad uit en al vrij snel zien we een bord van ons hotel, hier moeten we gelijk rechtsaf een onverharde weg op. Deze slingert enkele honderden meters en dan opeens staan we bij ons hotel Sanchiri. Precies om twee uur rijden we het parkeerterrein van het hotel op. We vullen onze gegevens in en krijgen een kamer met grandioos uitzicht op de Orosivallei. Michiel bekijkt wat we de komende dagen kunnen doen.

Om vier uur besluiten we nog een stukje te gaan lopen. We pakken onze spullen en lopen de onverharde weg af naar beneden, tot we bij de geasfalteerde weg komen. Dan begint de klim omhoog over het asfalt. We moeten flink stijgen en lopen een half uur langs de kant van de weg. Opeens zien we ons hotel liggen. We moeten dan nog wel een stukje omhoog, waarna we bij het reclamebord het onverharde pad inslaan en na ruim tien minuten bij ons hotel aankomen. Hebben we toch nog ruim een uur gelopen.

Om zes uur gaan we eten, we zijn de enige gasten en kiezen een plaatsje aan het raam. We hebben uitzicht op de Orosivallei die verlicht wordt door de straatverlichting. Het wordt snel donker en al die lampjes geeft een leuk gezicht. We eten een heerlijk hoofdgerecht en als toetjes nemen we vanille-ijs. We krijgen er een echte Costa Ricaanse koffielikeur bij. Michiel neemt nog een biertje mee naar de kamer, waar we lezen en puzzelen. Maar eerst proberen we van het mooie uitzicht mooie foto's te maken.