Tilichio Peak hotel - Leddar

Na een heerlijke rustige nacht in Tilicho Peak hotel maken we vandaag een schitterende wandeling. Na een behoorlijke afdaling naar de rivier, volgt een langzame klim en bereiken we uiteindelijk Leddar.

de gletsjers blijven machtig mooiHet is vannacht wel heel rustig rond de lodge. In geen velden of wegen een andere lodge, geen wind en geen rivier in de buurt. We hebben afgesproken om pas om half acht te ontbijten, maar als het kwart voor zeven is, gaan we er uit. Dan hoeven we niet zo te haasten en we zijn toch al klaar wakker. Het zonnetje schijnt weer lekker en de sneeuw op het dak van de lodge begint flink te smelten. We ontbijten en staan om acht uur klaar om te gaan. Het eerste half uur blijven we redelijk op hoogte, daarna lopen we door heuvelachtig terrein. We komen een verlaten dorpje tegen, waar alleen 's zomer mensen uit Manang wonen, zodat het vee op de weilandjes kan grazen. We klimmen nog een 100 meter en slaan dan een ander dal in. We gaan nu hard naar beneden om via de brug de rivier over te steken. We zijn nu net boven de 3800 meter hoogte.

we lopen door een wat breder dal op weg naar LeddarHet eerste stukje moeten we flink klimmen en als we een groot weiland overgestoken zijn, komen we op de weg van Manang naar Yak Kharka. Het is nu nog ruim een half uur lopen en precies om twaalf uur komen we bij de lodge aan om te lunchen. Op dit laatste stuk komen we weer allerlei groepjes mensen tegen. We zijn weer een beetje terug in de bewoonde wereld. We kunnen hier lekker eten. Ik heb een heerlijke vegetarische burger op een sesambroodje en met frietjes en Michiel werkt een bord macaroni met ei weg. Een uurtje later lopen we verder. We moeten eerst een stukje klimmen, maar dan komen we op een grote weidse vlakte, die bezaaid ligt met stenen en rotsblokken. We stijgen nog steeds, maar je merkt er nu weinig van. Overal zien we tentjes van plastic. Hierin blijken mensen tijdelijk te wonen, die de bergen intrekken op zoek naar bepaalde beestjes, waarvoor ze veel geld ontvangen.

Het waait ondertussen flink en de zon verdwijnt af en toe achter de wolken. Na drie kwartier bereiken we de Churi Lattar lodge. We krijgen een kamer op de eerste verdieping en gaan in de serre zitten. Even later komt de gids vertellen dat er een betere kamer is. Michiel loopt mee en verhuist onze spullen. Daarna drinken we thee. Het is pas twee uur; we hebben nog een hele middag voor ons. Ik haal onze kapotte plunjezak en naald en draad om te kijken of ik er iets aan kan repareren. Een Engelsman biedt ons z'n Ducktape aan. Zo kunnen we de plunjezak wel aan een noodreparatie onderwerpen; hij hoeft nog maar een paar dagen mee. We puzzelen en lezen wat, bestellen alvast het avondeten en voordat je het weet, is het weer zes uur. Het dal is ondertussen helemaal dichtgetrokken en het waait flink. Het koelt wat af, maar het wordt binnen niet echt koud. Om half acht zoeken we onze kamer op.